Lotuswortel

De lotuswortel is eigenlijk geen wortel! Het is de onderwaterstengel van de lotusplant die tot 5,5 meter lang kan worden. Het is een lange plant die uit gelige bruinige knollen bestaat die aan elkaar zijn verbonden als een soort ketting. De knollen dien je in stukken te breken en te ontdoen van de schil met bijvoorbeeld een dunschiller. Snijd ze hierna in dunne ronde plakken met liefs een mandoline (is geen instrument, maar een rechthoekige rasp/schaaf). Wat je dan ziet is een witte ronde doorgesneden knol met vele luchtkamers, visueel prachtig om naar te kijken. Aangezien, ze snel verkleuren, kun je het beste de gesneden plakken direct in water leggen met een scheutje azijn erin. Of blancheer de plakken circa 3 minuten, spoel ze af onder stromend koud water en laat ze uitlekken. De textuur van de wortel is licht knapperig, heeft een goede beet en smaakt mild tot zoet. Heerlijk om in salades, soepen of roerbakgerechten te verwerken. Maar, het is ook ideaal om chips van te maken. Ruim een week goed houdbaar in de koelkast. Als je plakken over houdt, doe ze dan in de vriezer.